ECM als kloppend hart van vakontwikkeling: “Werk in millimeters en droom in meters.”

De meubelbranche is volop in beweging. Innovatie, verduurzaming en een krappe arbeidsmarkt stellen bedrijven voor nieuwe uitdagingen. Tegelijkertijd ontstaan er kansen voor wie zich durft aan te passen. In gesprek met Rob Polman, directeur van het Expertisecentrum Meubel (ECM), wordt duidelijk waar de branche staat en waar het naartoe beweegt.

Het ECM is het centrale kennis- en expertisepunt voor de meubelbranche. Vanuit de missie om de sector te ondersteunen en te verbinden, werkt ECM aan thema’s als vakmanschap, innovatie, arbeidsmarkt, duurzaamheid en digitalisering.

Uitdagingen én kansen voor de meubelsector
Volgens Rob ziet ECM momenteel meerdere grote vraagstukken in de branche waarmee ze actief aan de slag gaan. “De arbeidsmarktkrapte is voelbaar. Er is een grote behoefte aan vakmensen, maar jongeren kiezen steeds minder vaak voor ambachtelijke en technische beroepen.” Deze krapte vorm een belangrijke drijfveer voor ECM om te investeren in talentontwikkeling.

Daarnaast benadrukt Rob de rol van technologie binnen de sector. “Digitalisering speelt een steeds grotere rol in productie en ontwerp. Dat vraagt om andere vaardigheden, maar ook om anders leren en anders denken. Dit vraagt van bedrijven om flexibel en vooruitstrevend te zijn.”

Tegelijkertijd signaleert ECM ook kansen in de branche. Rob vertelt: “Er is meer aandacht voor lokaal, duurzaam en op maat gemaakt. Dat biedt ruimte voor vakmanschap, creativiteit en innovatie. Bedrijven die daar slim op inspelen, kunnen zich echt onderscheiden.”

Waar zet ECM zich voor in?
Het Expertise Centrum Meubel speelt een centrale rol in het versterken van de Meubel- en Interieurbouw door te investeren in scholing, innovatie en samenwerking. Rob legt uit: “We zijn een zogenaamd O&O Fonds, een opleidings- en ontwikkelfonds. Maar we zijn ook een uitgeverij voor leermiddelen.”

ECM zet zich in als kloppend hart van de vakontwikkeling in de interieurbouw en meubelindustrie. Dit dragen ze uit vanaf de eerste lesdag tot en met de laatste werkdag. Rob: “We zorgen dat de branche lerende blijft en dat doen we door middel van een viertal fases. Meubelstart, meubelgroei, meubelfit en meubelnet. Wij zijn regisseur van deze trajecten en bouwen bruggen tussen scholen, opleiders en regio’s. We ontwikkelen en verspreiden lesmateriaal en beheren bijvoorbeeld de subsidieaanvragen voor bijscholing binnen de branche.”

Ook ondersteunt het ECM ondernemers bij innovatie en vakontwikkeling, ze stimuleren lef en ambitie. “Wij dagen de branche uit om zowel vakinhoudelijk als creatief en ondernemend lef te tonen”, vertelt Rob. Volgens hem is het daarbij belangrijk om verder te kijken dan het bekende: “Werk in millimeters, maar droom in meters.”

Kansen in een veranderende markt
De interieurbouw is en blijft een ambacht. Ondanks digitalisering en veranderende consumententrends blijft de vraag naar maatwerk en vakmanschap bestaan. Rob: “Er zijn nog steeds winkels en er komen winkels bij. Ook zijn er nog steeds kantoren en komen er kantoren bij.” Daarnaast ziet hij voorzichtig herstel op de woningmarkt, een belangrijke factor voor de meubel- en interieurbouw. “Het lijkt dat we weer stappen zetten op de woningbouwmarkt. Ik zie daar veel kansen, dat kan alleen maar beter worden”, aldus Rob.

Volgens Rob liggen in dit soort ontwikkelingen de kansen voor ondernemers om hun positie te versterken. “Neem je medewerkers serieus, kijk naar opleidingen en hun ontwikkeling. Zorg dat ze zich bekwamen in automatisering, robotisering en logistieke trends.”

Blik vooruit
De komende jaren blijft ECM zich richten op het versterken van de sector. Dat gebeurt onder andere via publicaties, netwerkbijeenkomsten, pilotprojecten en het delen van kennis. Het doel? Door nauwe samenwerking met bedrijven, scholen en opleiders bouwen ze aan een lerende branche die klaar is voor de uitdagingen voor morgen. Van nieuwe technologieën tot duurzame vaardigheden: ECM brengt leren tot leven in de praktijk.

“Wij willen als ECM niet aan de zijlijn staan, maar midden in het veld. Dan staan we volledig in onze kracht,” rond Rob Polman af.